Soms heb ik genoeg aan míjn eigen tuin. Langzamerhand zie ik alle planten en bloemen weer uit de grond te voorschijn komen.Het barst van allerlei diertjes, kruipend, vliegend....Onze eigen huisdieren zijn nu ook veel langer buiten, heerlijk genieten van de frisse lucht.
En ondeugend dat ze zijn.
De konijnen hadden een plekje bij het hek gevonden, waar ze toch even verder de tuin in konden glippen, en waren bezig onder de schutting door te graven...
De katten houden de wacht bij het vogelhuisje, eerst joegen ze de buurtkatten weg, maar nu vinden ze het wel heel interessant.
En als je heel rustig gaat zitten, kan je alles volgen, in het huisje zitten ongeveer 8 kleine koolmezen, we hebben het hele proces kunnen bijhouden, gewoon vlak bij onze zithoek in de tuin, nest bouwen, broeden..
En nu vader en moeder die af en aan vliegen om al die mondjes te vullen, en dat lieve gepiep.
Ik moet nu wel een soort schema bijhouden, katten buiten, dan weer verplicht naar binnen zodat de vogels rustig kunnen voeren, katten weer even.....
Zo in míjn eigen tuintje, wat ben ik toch rijk.
God Almighty first planted a garden. And indeed, it is the purest of human pleasures. – Francis Bacon (1625) Essays ‘Of Gardens’
Maak jouw eigen website met JouwWeb